TOF Deventer sluit overeenkomst met Bibliotheek Deventer

Deel via:

Facebook

Twitter

Stichting TOF Deventer gaat het individueel ondersteunen van jonge talenten op het gebied van kunst en cultuur beëindigen. Het Talent Ontwikkelingsfonds Deventer ondersteunde juist die kinderen en jongeren uit gezinnen met minder financiële draagkracht. Deze TOFfe parels hadden een bijzonder talent én de ambitie om dat talent verder te ontwikkelen. De ondersteuning bestond uit extra lessen, ondersteuning van een vooropleiding tot een professionele opleiding. Ook voor diegenen die geen vakopleiding gingen volgen is de ontwikkeling van groot belang geweest. 

Dit talentontwikkelingsfonds bestaat sinds 2011. De ‘TOFfe parels’ zijn kinderen en jongeren uit gezinnen met een inkomen van maximaal 120 % van de bijstandsnorm. Naast fondsenwerving steunde de Stichting de kinderen en jongeren via een bij hen persoonlijk passend programma. Nog even terugblikken op het werk van TOF? Kijk op tofdeventer.nl/nieuws

Nieuwe route

De coronapandemie heeft verandering gebracht ook in de kunst en cultuur. “We hebben de afgelopen twee jaar een nieuwe manier gezocht om talenten te spotten bijvoorbeeld door aan te sluiten bij kunsteducatieprojecten binnen het onderwijs.” Aan het woord is Gerard Faas, voorzitter van het TOF-bestuur. “Uit deze serie binnen- en buitenschoolse workshops kwamen geen nieuwe aanmeldingen voort voor individuele ondersteuning.”

Het was tijd om te stoppen en op zoek te gaan naar andere manieren om talentontwikkeling te ondersteunen. In de Bibliotheek Deventer heeft TOF nu een goede partner gevonden. Onlangs is Deventer Kunstcircuit onderdeel geworden van Bibliotheek Deventer en zal de talentondersteuning van de huidige individuele deelnemers overnemen en afronden. De nog beschikbare middelen worden ingezet voor talentontwikkeling van kinderen en jongeren uit gezinnen met minder financiële draagkracht. “Wij danken al onze donateurs voor hun financiële ondersteuning, alle docenten die zich hebben ingezet om TOFfe Parels aan te melden en te begeleiden én de Stichting Leergeld voor de plezierige samenwerking.” Zo besluit Faas.